Wat ligt er voor een eerste blog meer voor de hand dan te beginnen bij Het Begin?
Aan de andere kant: Van alles is hier al over gedacht, geschreven en gezegd. Dus waarom nóg een duit in het zakje?
Wat zal ik er ook over zeggen? Ik was er niet bij – dus ik wéét niet hoe en wat en waarom.
Wat ik wél weet, is dit:
“Elke Schrifttekst is door God geïnspireerd” (2 Timotheüs 3 vers 16).
Dat geldt dus óók voor Genesis 1. Kennelijk heeft God het belangrijk gevonden dat werd opgeschreven dat Hij de Schepper is – maar óók hoe Hij alles heeft geschapen. Anders had Genesis 1 een stuk korter kunnen zijn.
Oer
Natuurlijk – dat is mijn veronderstelling. Maar zou het zo’n gekke veronderstelling zijn?
Wetenschappers zullen zeggen: ‘ja’. Sommige theologen ook.
Kort geleden verscheen het boek Oer, waarin de schrijvers willen laten zien dat er op het punt van schepping (en evolutie) geen tegenstelling hoeft te bestaan tussen theologie en wetenschap. In het licht van de resultaten van de wetenschap wil Oer vertellen ‘zó kan het gegaan zijn’.
Wie daar benieuwd naar is, vindt in Oer een boeiend boek dat leest als een trein.
Zelf vond ik vooral het gedeelte boeiend dat gaat over ‘hoe het gegaan kan zijn’ – waarbij ‘het’ naar mijn idee logischerwijs betekent: datgene wat voor wetenschappelijke waarneming onbereikbaar is – want anders hoef je niet zo’n slag om de arm te houden.
En dan lijkt het er dus op dat ‘het’ slaat op de tijd van de schepping tot en met de zondvloed (in de Bijbel: Genesis 1 t/m 8), of in elk geval: de tijd van de schepping tot en met de zondeval (in de Bijbel: Genesis 1 t/m 3).
Voor de geschiedenis vanaf Genesis 9 komt Oer op mij over als een te kort uittreksel van de Bijbelse beschrijving. Dat is kort en in eenvoudige woorden gezegd wat prof.dr. Eep Talstra veel grondiger heeft verwoord in zijn bespreking van Oer.
Wat mij opvalt, is dat Oer bescheidener klinkt dan de Bijbel. De schrijver van Genesis 1 zegt: zo is het gegaan – in zes dagen. De schrijvers van Oer zeggen: zo kan het gegaan zijn – in miljoenen jaren.
Met alleen wel de impliciete aanname dat het niet gegaan kan zijn zoals het in Genesis 1 staat.
Tja… wat kan wel en wat kan niet.
Kennelijk vond de Schepper het feit dat Hij alles in zes dagen heeft geschapen belangrijk genoeg om het op de Sinaï Zelf nog eens met nadruk te zeggen (Exodus 20 vers 11 – waarbij ik er dus van uitga dat óók vers 11 in het licht van vers 1 gelezen moet worden).
Tijd en tijdrekening
Of dat nu wel of niet 6×24 uur is geweest, waarbij een uur bestaat uit de bij ons gangbare 60 minuten van elk 60 seconden – dat weet alleen de Schepper. Hij heeft dát er niet bij laten opschrijven.
Maar ik ben niet in de positie om te denken dat de Schepper het onmogelijk in de 6×24 uur van ‘onze’ tijdrekening heeft kunnen doen, om te denken dat het niet zo gegaan kán zijn zoals het in Genesis 1 staat.
Een even simpele als niet mis te verstane vergelijking, die duidelijk maakt waar de schoen wringt, vond ik – jaren geleden alweer – hier. Diezelfde wringende schoen kwam ik ook tegen in deze bijdrage van recenter datum.
En ja, ik weet dat het merkwaardig is: die vermelding van ‘dagen’ – als je leest dat de aarde er al vanaf de eerste dag is, terwijl pas op de vierde dag de zon, de maan en de sterren werden geschapen – bedoeld als klokken die de tijd en dag en nacht aangeven.
Ook ik heb niet op alle vragen een antwoord. Zéker als niet-natuurkundige niet. Maar ik vind het veelzeggend dat een astronoom zegt:
„Het is zinloos om te onderzoeken wie het goede antwoord heeft gegeven. Beide antwoorden zijn immers correct binnen de gekozen benadering”.
Van goed naar weer goed
Hoe dan ook: Bij alles wat vragen oproept, staat dit vast: het begin was goed (Genesis 1 vers 31).
En het eind zal goed zijn (Openbaring 21 vers 1 t/m 5).
En alles daar tussenin staat in het teken van het werk van de Schepper om dat goede eind te realiseren.
Dát is waar de Bijbel over gaat.
Daar kun je het mee doen.